

Interview Jan van der Windt
Interview Jan van der WindtAfgelopen mei is de bestuurssamenstelling van de Betonvereniging gewijzigd tijdens de jaarlijkse ALV. Twee bestuursleden zijn afgetreden en het bestuur is uitgebreid met vijf nieuwe leden. Wie zijn de personen die het bestuur vormen nu precies en wat is hun achtergrond? Graag stellen zij zich voor aan de leden van de vereniging. Eerder dit jaar kon u al lezen over voorzitter Dorien Staal in dit interview. In dit artikel meer over Jan van der Windt, vice-voorzitter van de Betonvereniging.
Wie is Jan van der Windt?
Jan van der Windt (1954), opgegroeid in Schipluiden als zoon van een Betonfabrikant voor Betonwaren voor de kassenbouw in het Westland. Jan is opgegroeid in een ondernemersgezin met vijf kinderen in een dorp waarin de verzuiling nog volop van toepassing was. Jan geeft aan wat dit in de praktijk betekende: "de protestanten gingen naar de gereformeerde bakker en hervormde slager, de Rooms-Katholieke kerkelijken hadden hun eigen slager en bakker. Ook sneeuwballengevechten waren tussen de protestanten en Rooms-Katholieken en er waren twee strikt gescheiden voetbalverenigingen."
De middelbare school heeft Jan in Delft gevolgd, waar hij zijn vrouw Tiny heeft leren kennen. In 1977 zijn zij getrouwd en hebben vervolgens een zoon en twee dochters gekregen. Inmiddels zijn er vijf kleinkinderen en het zesde kleinkind is op komst.
Opleiding
Na de middelbare school heeft Jan de opleiding Weg- en Waterbouwkunde met afstudeerrichting Constructies gevolgd aan de HTS, waar hij in 1978 cum laude is afgestudeerd. Direct na deze opleiding is Jan gestart met de twee-jarige opleiding 'Betonconstructeur BV', de zeer goed gewaardeerde opleiding van de Betonvereniging. Geslaagd in 1980 en diploma verkregen in 1981, omdat 3 jaar praktijkervaring als constructeur vereist was.
Wat is jouw ervaring met beton?
"Van 1978 tot 1982 ben ik werkzaam geweest als constructeur bij Ingenieursbureau Molenbroek en Zonneveld. Uit dit bureau zijn twee interessante ingenieursbureaus voortgekomen: IMD en Zonneveld ingenieurs. Vanaf 1982 werkte ik als projectleider bij Zonneveld ingenieurs aan projecten waaronder de Weenatoren in Rotterdam, de Centrale Rabobank in Utrecht en vele projecten bij de Hoogovens (nu Tata steel).
In 1990 heb ik samen met Frans van der Linde het bureau overgenomen van de oprichter en leermeester Jaap Zonneveld. Door onze ervaring met het bouwen boven de Metrobuis (Weenahuis, GEB gebouw, kantoorgebouw aan het Oostplein), waarbij grote voorspanconstructies de metrobuis zettingvrij overkluizen, volgden kort na onze start als nieuwe directie de belangrijke projecten Wilhelminahof, Beursplein-Koopgoot en Woonmall Alexandrium, allen te Rotterdam. Deze projecten zijn gerealiseerd tussen 1990 en 1996.
Via Europese aanbestedingen hebben we vervolgens vele overheidsprojecten kunnen realiseren, zoals nieuwbouw voor de Raad van State, Ministeries van Justitie en Binnenlandse zaken en stadskantoren in Vlissingen, Veenendaal, Nieuwegein en Utrecht. Daarnaast hebben wij vele projecten voor projectontwikkelaars uitgevoerd, zoals de Oval Tower en Hourglass in Amsterdam en de Maastoren en Zalmhaventoren in Rotterdam.
In 2017 hebben Frans en ik het bureau overgedragen aan de huidige directie en momenteel ben ik werkzaam als constructie adviseur."
Waarmee houd je jezelf nog meer bezig in het dagelijkse leven?
Jan: "naast mijn werk als constructie adviseur ben ik bestuurslid bij de Betonvereniging en diverse andere stichtingen. Met TNO en een aantal gerenommeerde ingenieursbureaus werk ik samen in het Hivibe project. Dit is een project in het kader van het Topsectoren beleid dat onderzoek verricht naar de dynamische aspecten van hoogbouwprojecten. Verder pas ik regelmatig op mijn kleinkinderen en maak ik voor hen van de oude voordeur een glijbaan."
Was je al eerder betrokken bij de Betonvereniging?
"Ik ben sinds september 2018 bestuurslid van de Betonvereniging. Meer dan 10 jaar ben ik docent bij de Betonvereniging geweest voor de cursus Bijzondere Constructies met de Eurocode 2, en tussen 2013 en 2019 heb ik het vak Hoogbouw gegeven bij de MSEng opleiding."
Hoe ben je ertoe gekomen om bestuurslid te worden?
"Hans Ramler heeft mij benaderd en gevraagd of ik interesse had om als bestuurslid een bijdrage te leveren aan de Betonvereniging. Hans en ik hadden vrijwel jaarlijks een gesprek over de ontwikkelingen van onze bureaus, die gesprekken gingen voornamelijk over de ontwikkeling van kennis en hoe je die in je bureau kon stimuleren. Nadat Hans mijn kandidatuur bij de overige bestuursleden had voorgesteld, heb ik een gesprek met Ronel Dielissen gehad en hebben zij mij voorgedragen."
Ambitie als bestuurslid
Jan vertelt over zijn ambitie: "in het bestuur van de betonvereniging breng ik de belangen van de ingenieursbureaus in de utiliteitsbouw projecten in. Als directeur van Zonneveld ingenieurs heb ik de laatste 25 jaar ervaren dat de HBO opleidingen meer generieke technische opleidingen zijn geworden. Er worden veel minder uren besteed aan de vakken mechanica, wiskunde en construeren, vergeleken met mijn HTS opleiding van destijds. De Betonvereniging vult het gat dat is ontstaan, de ingenieursbureaus kunnen de HBO-ers weer goed inzetten als ze enige extra constructieve cursussen hebben gevolgd.
De kennisoverdracht en kennisontwikkeling vind ik van het grootste belang voor de continuïteit van een bedrijf. Daarnaast zijn jonge ingenieurs zich ervan erg bewust dat hun opleiding en ontwikkeling met goede en liefst internationaal erkende diploma’s zijn aan te tonen, waardoor zij kunnen bouwen aan hun eigen waarde (CV) in het vak."
Hoe kijk je aan tegen de toekomst van de betonsector?
Jan: "de aandacht voor de herkomst van materialen neemt toe, tevens zal de keuze voor bouwmaterialen explicieter moeten worden verantwoord. De betonsector zal daarvoor de informatie moeten aandragen en moeten aangeven welke verbeteringen kunnen worden aangebracht of worden ontwikkeld. Het benodigde bouwvolume realiseren zonder beton is niet mogelijk, maar dat betekent niet dat de betonsector niets moet doen. De betonsector moet aantonen dat ook de betonbouw meer duurzaam kan worden toegepast."
Welke rol en uitdagingen zijn volgens jou hierin weggelegd voor de Betonvereniging?
"De Betonvereniging moet de kennis die nu wordt ontwikkeld op het gebied van reduceren van CO2 en circulariteit overdragen aan constructeurs, aannemers en architecten.
Er zijn naar mijn idee drie niveaus te onderscheiden:
- Betonontwerpen optimaliseren en daarmee minder beton gebruiken
- Betonmengels afstemmen op het gebruik om daarmee minder cement te gebruiken
- Ontwikkeling van cementsoorten die minder milieulast met zich mee brengen
Hier zijn zeker nog voldoende stappen in te maken in de toekomst."