Op 29 oktober 2025 kiest Nederland een nieuw parlement. In vrijwel alle verkiezingsprogramma’s komt de bouwsector nadrukkelijk terug. De woningnood blijft groot, maar tegelijk groeit de druk om schoner, slimmer en duurzamer te bouwen. Hoe ver willen de partijen daarin gaan? En wat betekent dat voor iedereen die in de bouw werkt?
Over één ding zijn de meeste partijen het eens: we moeten veel meer woningen bouwen. Tegelijk moet dat op een manier die het klimaat niet verder belast. GroenLinks–PvdA, D66 en de ChristenUnie zien verduurzaming als kans om betaalbare én toekomstbestendige woningen te realiseren. Ze willen stevige publieke investeringen en duidelijke normen, zodat elke nieuwbouwwoning energiezuinig en circulair wordt gebouwd.
De VVD en het CDA kijken vooral naar de uitvoerbaarheid. Minder regels, meer ruimte voor innovatie en lagere bouwkosten staan voorop. Volgens deze partijen kunnen bedrijven pas verduurzamen als bouwen sneller en eenvoudiger wordt. Nieuw Sociaal Contract (NSC) zoekt de middenweg. De partij wil isoleren en verduurzamen, maar vooral op een manier die uitvoerbaar en betaalbaar blijft.
Veel partijen richten hun blik op de bestaande woningvoorraad. Daar valt de grootste winst te behalen. Isoleren, renoveren en het plaatsen van warmtepompen zijn volgens GroenLinks–PvdA, SP en D66 de snelste manieren om de CO2-uitstoot te verlagen en de woonlasten te verminderen. NSC wil dat de opbrengst uit het Europese emissiehandelssysteem (ETS2) wordt ingezet om woningen te isoleren.
De VVD en BBB zijn terughoudender met verplichtingen. Zij vinden dat bewoners en bedrijven vooral gestimuleerd moeten worden met subsidies en praktische ondersteuning. De Partij voor de Dieren en Volt gaan juist verder. Zij willen dat renovatie en hergebruik de norm worden, en dat nieuwbouw alleen plaatsvindt als de bestaande voorraad optimaal is benut.
Waar sommige partijen het vooral hebben over tempo en kosten, zetten anderen juist in op de manier waarop we bouwen. Volt en de Partij voor de Dieren willen dat circulair en biobased bouwen de standaard wordt. Zij pleiten voor materialenpaspoorten en emissievrije bouwplaatsen. D66 en de ChristenUnie onderschrijven die ambitie, maar koppelen die aan Europese afspraken en geleidelijke invoering.
Voor bouwers betekent dit dat de vraag naar materialen met een lage milieubelasting toeneemt. Beton, staal en hout zullen steeds vaker worden beoordeeld op herbruikbaarheid en levenscyclus. Bedrijven die hun producten kunnen onderbouwen met milieuprestatiegegevens (LCA) of digitale paspoorten, krijgen een voorsprong.
De Milieuprestatie Gebouwen (MPG) en de eisen aan energieverbruik worden de komende jaren opnieuw onderwerp van debat. D66, Volt en GroenLinks–PvdA willen strengere normen om de bouw sneller te verduurzamen. VVD en BBB willen pas aanscherpen als het betaalbaar is en de techniek er klaar voor is. NSC pleit voor een stapsgewijze invoering, zodat de sector kan meegroeien met de regels.
Die verschillen zijn belangrijk voor iedereen die bouwt of levert. Strengere normen kunnen innovatie versnellen, maar brengen ook extra kosten met zich mee. Bedrijven die vooruitlopen, hebben straks een voordeel als de nieuwe regels eenmaal gelden.
Bijna elke partij noemt de problemen met vergunningen, stikstof en netcongestie. De VVD, BBB en NSC willen vooral minder regels en kortere procedures. GroenLinks–PvdA, D66 en de ChristenUnie vinden dat snelheid hand in hand moet gaan met natuurherstel en betrouwbare energie-infrastructuur.
Daarmee blijft het dilemma bestaan: hoe versnellen we de bouw, zonder dat de verduurzaming vertraagt? De meeste partijen zoeken het antwoord in innovatie. Industrieel of prefab bouwen wordt gezien als manier om tempo te maken en tegelijk de milieubelasting te beperken.
Over geld verschillen de partijen van mening. GroenLinks–PvdA en D66 willen dat de overheid stevig investeert, bijvoorbeeld via een nationale investeringsbank. VVD en CDA zien liever dat de markt de verduurzaming grotendeels draagt, eventueel ondersteund met tijdelijke subsidies. NSC stelt voor om de opbrengsten uit CO2-heffingen rechtstreeks te gebruiken voor woningisolatie.
Voor de sector is duidelijk dat financiering een doorslaggevende factor blijft. Zonder structurele middelen is het moeilijk om de overstap naar circulair en emissievrij bouwen echt te versnellen.
De komende kabinetsperiode belooft een mix van ambities en realiteitszin. Vrijwel elke partij wil meer bouwen én verduurzamen, maar de weg ernaartoe verschilt. De een kiest voor normeren, de ander voor stimuleren.
Voor bouwbedrijven en opdrachtgevers betekent dit dat verduurzaming onomkeerbaar is, maar in tempo kan verschillen per kabinet. De grootste kansen liggen in renovatie, biobased materialen en emissievrije bouwplaatsen. Wie daarin nu al investeert, loopt straks niet achter de feiten aan.
Omdat beton niet systematisch en specifiek in partijprogramma’s terugkomt, moeten we ervan uitgaan dat beleid gericht op beton vooral wordt geraakt via bredere thema’s: circulair bouwen, duurzame materialen, milieu-/MKI-normen, hergebruik. Voor de betonketen zelf is dit dus impliciet:
Hieronder een overzicht van wat de verkiezingsprogramma’s van oktober 2025 impliceren voor het gebruik van beton. Geen enkele partij noemt beton expliciet, maar veel beleid raakt de betonketen wél direct — via thema’s als circulair bouwen, biobased materialen, CO2-reductie en milieunormen.
BBB wil bouwen versnellen en ziet regelgeving als grootste belemmering. Duurzaamheid is belangrijk, maar mag de kosten niet opdrijven. Effect op beton: voorkeur voor praktische oplossingen. Innovaties in beton mogen, zolang ze betaalbaar en beschikbaar zijn voor regionale aannemers.
Het CDA verbindt bouwen aan regionale economie en vakmanschap. Duurzame bouwmaterialen horen daar bij, maar de nadruk ligt op uitvoerbaarheid. Effect op beton: ruimte voor innovatie, mits praktisch toepasbaar. Beton blijft belangrijk bouwmateriaal, maar met aandacht voor milieu-impact en hergebruik.
De ChristenUnie wil dat de bouw circulair en emissievrij wordt. Daarbij hoort een grotere rol voor duurzame materialen en lokale herkomst. Effect op beton: kans voor producenten die inzetten op regionale grondstoffen en energiearme productieprocessen, zoals elektrische betoncentrales of CO2-opslag in beton.
D66 ziet circulair bouwen als economische motor. Producenten krijgen meer verantwoordelijkheid voor de milieu-impact van hun materialen. De partij wil een verplichte materiaalpaspoort voor alle gebouwen. Effect op beton: fabrikanten moeten meer informatie leveren over herkomst, samenstelling en milieu-impact van beton. Transparantie en hergebruik worden randvoorwaarde om mee te doen aan aanbestedingen.
Deze partij wil strengere milieunormen voor bouwmaterialen en duidelijke CO2-doelen voor de bouwsector. Ze willen dat de overheid circulair bouwen verplicht stelt en duurzame materialen stimuleert via aanbestedingen. Dat betekent dat beton in projecten moet voldoen aan steeds lagere milieuprestatie-eisen (MPG) en dat er meer vraag komt naar circulair beton of beton met lage CO2-uitstoot. Effect op beton: meer druk richting cementvervangers, secundaire grondstoffen en hergebruik van betongranulaat.
NSC koppelt verduurzaming aan haalbaarheid en draagvlak. De partij wil verduurzamen, maar zonder dat kosten te snel oplopen. Effect op beton: stimulering van duurzame materialen, maar geen harde verplichtingen. Verwacht geleidelijke aanscherping van milieueisen, zodat ook mkb-producenten kunnen meebewegen.
De PvdD wil natuurinclusief en circulair bouwen de norm maken. Nieuwe gebouwen mogen pas als bestaande voorraad optimaal wordt benut. Effect op beton: nadruk op hergebruik van bestaande constructies en recycling van betonpuin. Beton met een hoge CO2-voetafdruk krijgt minder kans.
De PVV wil minder milieuregels en geen verplichte verduurzaming. Effect op beton: geen beleidsdruk richting duurzaam beton. De sector blijft vrij om zelf te innoveren, maar er komt weinig politieke stimulans.
De SP kijkt vooral naar betaalbaarheid en publieke regie. Verduurzaming moet hand in hand gaan met lagere woonlasten. Effect op beton: kans op publieke investeringen in renovatie met duurzaam beton, maar minder nadruk op nieuwe milieunormen.
Volt gaat het verst in het normeren van materialen. Vanaf 2030 wil de partij dat alle nieuwbouw voldoet aan de Zero Emission Building-standaard (ZEB). Circulair en biobased bouwen wordt verplicht. Effect op beton: sterke prikkel richting emissievrij geproduceerd beton, beton met lage MKI-waarde en hergebruik van constructieve elementen. Beton dat niet aantoonbaar circulair is, raakt op termijn buiten beeld.
De VVD noemt innovatie en betaalbaarheid als belangrijkste randvoorwaarden voor duurzaam bouwen. De partij wil minder regels, maar wél ruimte voor technologische vernieuwing. Effect op beton: geen verplichtingen, maar kansen voor bedrijven die CO2-arm beton ontwikkelen. Innovaties als geopolymeerbeton of hergebruikte toeslagmaterialen passen goed binnen deze lijn.
Het gebruik van beton komt nauwelijks letterlijk aan bod in de verkiezingsprogramma’s. Toch is het duidelijk dat de milieuprestatie van beton steeds belangrijker wordt in de politiek. Partijen als GroenLinks–PvdA, D66, Volt en ChristenUnie sturen aan op strakkere normen en transparantie over milieu-impact. VVD, NSC en CDA willen ruimte voor innovatie zonder extra regels. BBB en PVV houden vast aan vrijheid en betaalbaarheid.
Voor de betonsector betekent dit dat de koers richting CO2-arm, circulair en transparant geproduceerd beton onvermijdelijk is. Het tempo hangt af van de kabinetsformatie, maar de richting ligt vast.
Stufib rapport 31 bekijkt innovatief beton met alternatieve bindmiddelen, alkali gactiveerde bindmiddelen, toeslagmaterialen en vulstoffen.
Betonnen poeren lijken simpel, maar krijgen flinke krachten te verwerken. Belangrijk dus om ze goed door te rekenen!
Interview met Niki Loonen en Eelco van der Weij over onze nieuwe cursus Duurzaam beton toepassen.
Hét jaarlijkse toonaangevende netwerkevenement van de beton(bouw)sector in Nederland.
Je leert via casussen over staafwerkmodellen, strokenvloeren, progressieve collapse, onderwaterbetonvloeren, diepwanden en verhinderde vervormingen.
Volg deze online inleidende cursus op eigen tempo voor kennis over betononderhoud, -reparatie en aantastingsmechanismen.